Overslaan en naar de inhoud gaan

Actieplan verkeerslichten

Werken de verkeerslichten plots anders? Moet je langer wachten? Dat is normaal, zo verhogen we de veiligheid van elke weggebruiker.

Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) maakt per jaar zo’n 125 kruispunten maximaal conflictvrij. Bij elk kruispunt willen we naar een situatie waarbij voetgangers en fietsers niet kruisen met gemotoriseerd verkeer. Indien deze ‘conflicten’ niet vermeden kunnen worden, nemen we extra veiligheidsmaatregelen. Slimme lichten zorgen er ook voor dat men ‘nooit voor niets rood’ krijgt.

Naar maximaal conflictvrije kruispunten

Wat is maximaal conflictvrij?

Het uitgangspunt bij elk kruispunt dat op de studietafel van AWV belandt, is een volledig conflictvrije regeling. Soms is het niet mogelijk om alle conflicten op een kruispunt weg te nemen, omdat dat bijvoorbeeld zou zorgen voor structurele file-opbouw - met mogelijk gevaarlijke situaties op achterliggende kruispunten. Het kan er ook voor zorgen dat wachttijden voor weggebruikers te hoog worden. Vaak laat ook de infrastructuur van het kruispunt geen volledig conflictvrije regeling toe.

Wanneer laten we conflicten toe?

In die situaties waar het niet mogelijk is volledig conflictvrij te werken, worden conflicten toegelaten, in eerste instantie tussen gemotoriseerd verkeer. Conflicten met voetgangers en fietsers worden maximaal vermeden. Daar waar conflictvrij niet mogelijk is, zijn er ook vaak extra veiligheidsmaatregelen, zoals een voorstart of het gelijktijdig beëindigen van groen voor voetgangers en fietsers, oranje-gele knipperlichten en de opgeblazen fietsopstelstrook.

De conflicten tussen gemotoriseerd verkeer en actieve weggebruikers (voetgangers en fietsers) worden zoveel mogelijk beveiligd. De mate waarin een bestaand kruispunt conflictvrij kan worden gemaakt, hangt af van 

  • de beschikbare ruimte om voldoende lange links- en rechts afslagstroken te voorzien;
  • de aanwezige verkeersintensiteiten en de capaciteit van het kruispunt om deze te verwerken: volledig conflictvrije regelingen betekenen immers vaak langere wachttijden, omdat de beperkte tijd over meer verschillende groenfasen moet verdeeld worden. Om de capaciteit van een kruispunt te verhogen, zijn vaak infrastructuuringrepen nodig die niet overal mogelijk zijn.

Waar de voetgangers en fietsers niet volledig conflictvrij kunnen worden geregeld, worden andere opties overwogen waaronder:

  • enkel het links afslaan conflictvrij maken;
  • het fietsersgroen tegelijk beëindigen met het voetgangersgroen; 
  • een aparte fase op aanvraag inbouwen waarin enkel de fietsers en eventueel voetgangers die dezelfde weg oversteken tegelijk met elkaar groen krijgen, maar niet tegelijk met (afslaand) gemotoriseerd verkeer;
  • het aanbrengen van oranje-gele knipperlichten die werken wanneer fietsers en/of voetgangers aan het oversteken zijn;
  • het voorzien van een OFOS (opgeblazen fietsopstelstrook), waardoor fietsers zich kunnen opstellen voor het gemotoriseerde verkeer. Zo kunnen fietsers eerst vertrekken en staan ze niet te wachten in de dode hoek van de voertuigen.

Hoe wegen we af of een conflict kan?

Bij het ontwerpen van een verkeerslichtenregeling vertrekt AWV steeds van een volledig conflictvrij scenario. Er zijn echter steeds drie eisen van kracht om te garanderen dat ook een minimale kwaliteit op vlak van doorstroming kan gegarandeerd blijven voor  alle weggebruikers, omdat problemen met doorstroming ook impact hebben op verkeersveiligheid.

  1. op belangrijke verkeersassen mag er geen structurele file ontstaan
  2. op minder belangrijk assen kan die structurele file-opbouw wel, maar enkel indien er geen negatieve impact is voor het omliggende verkeersnetwerk
  3. voetgangers en fietsers mogen niet langer dan 70, 90 en 110 seconden wachten voor rood in resp. het kerngebied bebouwde kom, buiten het kerngebied bebouwde kom en buiten bebouwde kom.

Om aan deze minimale kwaliteitseisen te voldoen, staat AWV op sommige locaties deelconflicten toe. Daarvoor volgen we een vaste methodiek, het zogenaamde afwegingskader maximaal conflictvrij.

Nooit voor niets voor rood

Door flexibel te regelen vermijden we dat weggebruikers lange tijd staan te wachten terwijl er geen conflicterend verkeer is. Een korte minimale groentijd en een flexibele fasevolgorde zorgen ervoor dat de wachttijden voor weggebruikers beperkt blijven. Hiervoor wil het AWV gebruik maken van uitgebreide detectie (zoals, lussen, radars en drukknoppen) op haar kruispunten. Deze detectie kan dienen voor de aanvraag van een groenfase of voor de verlenging van de groentijd. Hierdoor kan nauwkeuriger bepaald worden hoe lang de optimale groentijd is voor elke richting. Mogelijke uitzonderingen op dit principe kunnen voorkomen door een aankomende bus of tram uit een conflicterende richting of door een afstemming tussen twee of meer kruispunten.

Kruispunten volgens actieplan 

Hierrond zie je de kruispunten die volgens het Actieplan Verkeerslichten maximaal conflictvrij werden gemaakt.